De boekenlegger die je bij het boek ontvangt stippelt de route door de titels van de hoofdstukken uit, wat meteen al als een kompas kan dienen. Opvallend is ook dat elk hoofdstuk een eigen kleurthema heeft gekregen. De opbouw van de hoofdstukken vind ik logisch:
De eerste helft van het boek voornamelijk over de voorbereiding en aanloopfase gaat, een lineair proces.
De tweede helft van het boek gaat over de 3 belangrijkste financieringsvormen; afhankelijk van de financieringskeuze lees je een hoofdstuk.
Uiteindelijk komt het financieringsproces logischerwijs weer samen in het laatste hoofdstuk 'Het leven met een Professionele Investeerder'.
Ik verwacht dat deze opbouw van het boek de lezer flink geruststelt en voldoende houvast geeft in het veelzijdige traject van groeifinanciering.
Initieel doen de titel en omschrijving van What the Fund? niet denken aan de doelgroep van gestarte start-ups, terwijl de auteur Nathalie De Ceulaer juist in de introductie pleit dat deze ondernemers veel baat zullen hebben bij de gids die ze heeft geschreven. Want een goede A-serie investering ophalen betekent nu al je bedrijf erop gaan voorbereiden:
Maak een plan,
neem je bedrijf onder de loep,
kies alvast een financieringsrichting en
maak de onderneming klaar voor een instappende investeerder.
Wellicht komt De Ceulaer hier nog wat te zacht over en mag ze van mij best de ernst van de zaak nog duidelijker naar voren laten komen. Is dat misschien waarom ze de enigszins humoristische passage 'hoe jaag ik de investeerder weg?' heeft opgenomen in het boek?
Dat De Ceulaer haar vak verstaat en veel ervaring heeft in de sector van groeifinancieringen staat vast als een huis. What the Fund? zit vol met citaten van collega's en ondernemers; bevat voldoende voorbeeld casussen (sommige 'echt' en anderen volgens mij fictief ter illustratie); en in de bijlage vind je waardevolle, zeer complete checklists en voorbeeld overeenkomsten.
Ze geeft de lezer een voorproefje van wat er allemaal bij het ophalen van groeikapitaal komt kijken, en ze weet voldoende van het thema te vertellen (en te waarschuwen) dat je als ondernemer kunt gaan twijfelen of je überhaupt wel aan een externe investering moet gaan beginnen. Desondanks de eventuele ontmoediging die kan ontstaan nu je weet wat er allemaal nog op je af gaat komen, acht ik de lezer wel in staat om met dit handboek koers te kunnen houden ook bij de gesprekken met de professionals zoals de investeerders en juristen.
Hoewel het boek is geschreven vanuit het Belgische financieringsklimaat en in de Belgische taal, blijven de handvatten en wegwijzers van kracht ook als je bijvoorbeeld in Nederland of een ander land investeerders wilt aantrekken. De uiteindelijke voertaal bij investeringen is toch doorgaans Engels; de afkortingen en termen en bijlagen zijn in het Engels opgesteld en gebleven voor maximale internationale toepassing. Al ligt de nadruk in dit boek wel op hoofdzakelijk Equity investeringen.
Heb je het boek What the Fund? gelezen? Dan zal je als ondernemer niet meer onaangenaam verrast worden bij het fundingproces. In plaats van een naïeve vragende vorm 'hoe werkt funding eigenlijk' zal je na de laatste bladzijde van het boek vol overtuiging en vrij stellig What the Fund! (met uitroepteken) kunnen roepen.